Koppeling akkerbouw en melkvee
In de Flevopolder loopt sinds 2017 het project ‘Bodem Voordeel Flevoland’. Zes koppels van akkerbouwers en melkveehouders werken samen aan onder meer verbetering van de bodemkwaliteit en optimaliseren van het bouwplan. Intensief gebruik van dure akkerbouwgrond door gewassen met hoge opbrengsten kan dan bijvoorbeeld worden afgewisseld met de teelt van gras voor de melkveehouder. Maar ook veel verdergaande vormen van samenwerking kunnen uiteindelijk het gevolg zijn.
Regels werken belemmerend
Vrijwel alle boeren en deskundigen die zich bezighouden met kringlopen en mestbeleid zien belemmeringen in de huidige (mest)regelgeving. Bekend is de strijd van kringloopboeren voor bovengronds mestuitrijden. En op tal van bedrijven is samenwerken beter mogelijk als grond gemakkelijker geruild kan worden. In een bouwplan moet een melkveehouder nu minimaal 80% gras telen om aan de derogatie mee te kunnen doen. Maar laat hij dat gras telen door een akkerbouwer met gebruik van mest van het melkveebedrijf dan telt die grond niet mee voor de bepaling van het aandeel grasland op het derogatiebedrijf. Terwijl het prima kan passen in het bouwplan van de akkerbouwer.
3 deskundigen die betrokken zijn bij kringlooplandbouw hebben in een open brief aan minister Schouten aandacht gevraagd voor kringlooplandbouw. De ondertekenaars dringen daarin onder meer aan om snel duidelijkheid te verschaffen over de definitie en het wegnemen van belemmeringen. Ze pleiten voor een uitgebreid plan van aanpak. Het is min of meer een herhaling van de oproep die eind vorig jaar ook vanuit de Tweede Kamer is gedaan.
Ondertussen zijn veel boeren volop bezig met het ontwikkelen en verder doorvoeren van kringlooplandbouw. Dat levert al veel kennis en ervaring op die anderen weer kunnen gebruiken.
Dit artikel is mede geschreven door Mariska Vermaas
Bodem centraal in kringloop
Uit het kringloopdenken dat eind 20e eeuw vorm kreeg, is uiteindelijk de KringloopWijzer ontstaan. Eind 20e eeuw verschenen de artikelen over de resultaten van melkveebedrijven die werkten volgens kringloopprincipes en praktijkproeven op de toenmalige proefboerderij de Minderhoudhoeve. Kernpunten waren onder meer eiwitarm en structuurrijk voeren en het maken van betere mest voor de grond.
Veel bereikt in 20 jaar kringlooplandbouw
Frank Verhoeven van Boerenverstand is vanaf het begin betrokken bij diverse kringloopprojecten die gebaseerd zijn op onder meer de ideeën van de Wageningse wetenschapper Jaap van Bruchem.. Uiteindelijke is daaruit in 2011 de eerste versie van de KringloopWijzer ontstaan. In 2018 is de KringloopWijzer een verplicht onderdeel van de bedrijfsvoering geworden voor melkveebedrijven.
Volgens Verhoeven is er veel bereikt in 20 jaar kringlooplandbouw. De kunstmestgift is gedaald van meer dan 400 kilo zuivere stikstof naar minder dan 150 kilo, zijn de zogenoemde ureumgehaltes in melk gehalveerd en zijn de stikstof- en fosfaatoverschotten fors gedaald. Verhoeven geeft de volgende definitie: “Kringlooplandbouw is het optimaliseren van de productie met zo selectief mogelijk gebruikmaken van externe inputs, realisatie van inkomen over lange termijn en met respect voor natuurlijke systemen.”
Kringlooplandbouw heeft grote potentie voor klimaat
Kringlooplandbouw heeft een enorme potentie voor de klimaatdoelen, zegt Martin Scholten, algemeen directeur Animal Sciences Group van Wageningen UR. Hij schat in dat kringlooplandbouw een potentiële CO2-reductie van 6 Mton heeft. Dat is bijna het dubbele van de klimaatopgave van 3,5 Mton in 2030 die de landbouw heeft.
Het huidige landbouwsysteem is een zeer efficiënt, maar lineair productieproces. Om tot kringlooplandbouw te komen moet dit radicaal veranderen naar een productiemethode naar draagkracht van de aarde en naar de wens van de maatschappij.
De veehouderij kan bijdragen door bijvoorbeeld het voerregime, fokkerij en mestverwaarding, terwijl de akkerbouw kan bijdragen door bemesting met reststromen, mengteelten, gewasrestverwaarding en gewasverbetering. De kringloop moet zorgen voor een betere bodemkwaliteit en betere biodiversiteit met minder gebruik van chemische hulpstoffen.
Scholten benadrukte in een gesprek in de Tweede Kamer dat veehouderij nadrukkelijk een rol heeft in de kringlooplandbouw. Voor Nederland is het mogelijk makkelijker om kringlopen te sluiten dan voor landen met een eenzijdigere landbouw, zoals in Frankrijk met vooral akkerbouw en Ierland met vooral veehouderij.
Om boeren te motiveren zich meer op circulaire productie te gaan richten, is een goed verdienmodel nodig, ook moet kennis worden verbeterd en moeten belemmerende regels worden weggenomen. “Kijk vooral naar verbouwingsmogelijkheden van het bestaande systeem. Nu goed zijn in landbouw wil niet zeggen dat je bij het oude systeem moet blijven”, aldus Scholten.
‘Kringloop draait om bewustwording en meten’
Voor Bouke Meijer is kringlooplandbouw al vele jaren een vast onderdeel in de bedrijfsvoering. Hij heeft meegedraaid in meerdere projecten in de provincie Drenthe waarbij verbetering van de bodemvruchtbaarheid en efficiënt gebruik van mineralen centraal staat. Op zijn melkveebedrijf produceren de koeien circa 9.500 kilo melk per jaar. “Kringloop draait om bewustwording”, aldus Meijer. “Efficiency is veel meer dan kijken naar stikstof en fosfaat. Het wemelt van de cijfers uit studiegroepen en de KringloopWijzer, maar het gaat erom dat je er op de juiste manier mee omgaat.”