Op zo’n twee weken leeftijd verhuizen de kalfjes naar de kalverdrinkautomaat. Ook hier krijgen ze Kalvolac Power CAIR, naast hooi en onbeperkt kalverkorrel DairyStart® Vitaal. Kalfjes van vaarzen, die over het algemeen wat kleiner zijn, komen in een andere melkcurve, waarbij ze 5 dagen langer melk krijgen tot in ieder geval 70 dagen. “Je moet niet bezuinigen op de voeding van de jongste kalveren”, is de overtuiging van de boerin, die meer voeren vertaalt ziet in een hogere groei.
Rond week vijf begint het eerste meetmoment van de kalveren. Pas bij een gewicht van 75 tot 80 kg bouwt Jitske de melkgift langzaam en zelfs handmatig af. Een week nadat de melkgift is afgebouwd schuiven de kalfjes, in kleine groepjes, door naar de ligboxjes waar ze nog steeds hetzelfde rantsoen krijgen. Vanaf 6 maanden krijgt het jongvee kuil met kalverbrok. “Het is in principe luxe voer, maar we willen liever niet verdunnen met stro, want dan moeten we dat weer compenseren met extra eiwit. Door zo ruim te voeren kan het jongvee ook eerder afkalven”, is de ervaring van Geert.
Specifiek rantsoen per groep
Het bedrijf van maatschap van Dalen-Bakker is flink geautomatiseerd. De koeien zijn verdeeld in vier groepen; een vaarzengroep, twee hoogproductieve groepen en een oudmelkte groep. Elke groep heeft een eigen Lely A4 melkrobot, mestrobot en specifiek rantsoen. Ieder uur komt het automatische voersysteem, de Lely Vector, langs om het voer aan te schuiven en te meten hoeveel voer er voor het voerhek ligt. Vervolgens pakt deze, indien nodig, voer voor elk van de 4 melkveegroepen en de droge koeien, die in een far off -en close-upgroep zitten. Geert hoeft maar eens in de week de voerkeuken te vullen, wat hem veel werk bespaart, ook omdat hij het landwerk (maaien, schudden en harken) zelf doet. Het rollend jaargemiddelde ligt nu op 10.827 kg melk met 3,63% eiwit en 4,25% vet.