Doorgaan naar artikel

‘Melkveehouder Nederland blijft aan kop’

Yoram Knoop For Farmers

Foto: Michel Zoeter

In een aantal buurlanden kan de melkveehouderij profiteren van schaalvoordelen en zijn er nog uitbreidingsmogelijkheden. Toch voorziet ForFarmer-topman Yoram Knoop niet dat de Nederlandse melkveehouderij haar voorsprong rap verliest, want efficiency en innovatie verslaan schaal.

De Nederlandse melkveehouderij mag even in een wat lastiger positie zitten, maar gaat niet andere bedrijfstakken achterna het dal in en blijft vergeleken met de concurrentie in nabije landen ook stevig koploper.

Dat is, kort samengevat, de vaste overtuiging van ForFarmers, een van de grootste veevoerbedrijven in Europa en de marktleider in Nederland en het Verenigd Koninkrijk (VK). CEO Yoram Knoop legt uit waarom ForFarmers zo denkt.

“In Nederland is de melkveehouderij het meest ontwikkeld en vooraanstaand. Dat geldt niet alleen voor de primaire melkveehouderij, maar voor de hele keten. Hier werkt die het meest efficiënt. Dat is echt uniek en zien we in geen enkel ander land. Ook het opleidingsniveau is zoveel hoger in Nederland dan in omringende landen. Hetzelfde geldt voor het gebruik van moderne informatietechnieken om zaken nog verder te optimaliseren. Ik denk met name aan het datamanagement op de bedrijven.”

Is wat u beschrijft de status quo, of heeft u het ook over de nog aanwezige potentie?
“Ik denk dat dit nog steeds potentie is. Wat ook heel belangrijk is, is de rol van FrieslandCampina als ketenregisseur. Vergelijk je de situatie hier met bijvoorbeeld het VK, dan zie je dat de productieomstandigheden daar buitengewoon goed zijn. Er ontstaan ook steeds meer grootschalige melkveebedrijven. Wat in het VK echter mist, is een sterke verwerkende (zuivel)industrie en een hoogopgeleide boer. In Duitsland, waar we ook aanwezig zijn, zie je een ongelooflijke verscheidenheid in regio’s. In het noorden en oosten zijn er grootschalige, hypermoderne melkveebedrijven, maar ook daar is geen goede ketenregisseur. We zien er veel groei, maar de waardeontwikkeling per kilo melk blijft achter.”

Nederland hoeft zich dus geen zorgen te maken?
“Er zijn hier ook nadelen. We kunnen moeilijker profiteren van schaalgrootte door gebrek aan uitbreidingsmogelijkheden en we hebben te maken met de mestproblematiek…”

Die mestproblematiek, met dit jaar een ingrijpende fosfaatreductieverplichting, leidt dat niet heel erg af en bemoeilijkt dat de concurrentie niet?
“Het is een hobbel, maar je ziet dat de uitdaging goed wordt opgepakt, dat er nieuwe investeringen worden gedaan, met name in nieuwe technieken – onder meer bij de mestverwerking – en dat het dus ook een nieuwe impuls geeft.”

Belemmeren de huidige fosfaatregels het vinden van oplossingen dan helemaal niet?
“Ik denk het niet. Misschien tijdelijk een beetje, maar het gaat niet zoals bij de varkens is gebeurd. Daar bestond een voorsprong op basis van kostprijs, maar dat voordeel is bijna weg. De sector werkt nu hard om meer onderscheidend te zijn, en ook Vion krabbelt weer op.”

“De rundveehouderij heeft het voordeel van een sterke marktleider in de vorm van FrieslandCampina. Daarnaast groeit mondiaal gezien de vraag naar zuivel en doet Nederland bijzondere dingen met zuivel.”

Dat is prachtig, maar de primaire sector moet dus ook stappen zetten.
“Dat doet ze ook. In Nederland zijn we elk jaar in staat geweest tot een hogere benutting van fosfaat en we zien dat de wetgeving een nieuwe impuls geeft aan de herinrichting van de bedrijven. Nu gaat bijvoorbeeld nog ongeveer de helft van alle voer voor de koeien op aan onderhoud, terwijl de andere helft wordt benut voor de melkproductie. Wij zien dat daar in de loop van de tijd nog 10 tot 15% meer efficiencywinst mogelijk is. Ook worden flinke stappen gezet richting een duurzamere productie en houderij, met name dankzij de KringloopWijzer. De mineralen van het eigen bedrijf worden steeds beter benut.”

Dan raak je ook aan de vraag of het kunstmestgebruik niet verder terug kan. Meer eigen mest die kunstmest kan vervangen, lijkt in alle opzichten duurzamer. Wel een dilemma, want jullie verdienen ook aan kunstmest.
“Er is op nog meer fronten efficiencywinst te halen.”

Met meer efficiency, innovatie en extra verwaarding hier kun je tegen schaalvoordelen elders op, dat is in grote lijnen het verhaal?
“Te kleine bedrijven in Nederland gaan het moeilijk krijgen, maar anderzijds win je het niet alleen op schaal. Je zou ook willen dat het onderscheid op duurzaamheid nog beter te vermarkten was, maar met de al bestaande extra verwaarding kan de Nederlandse boer op tegen grotere bedrijven elders met meer schaalgrootte en schaalefficiency.”

“Grote bedrijven in Groot-Brittannië hebben lagere vaste kosten, maar de totale kosten voor aangekocht voer zijn er even hoog als hier, al hebben ze twee keer zo veel grond. Dat scheelt zomaar 2,3 cent per kilo melk.”

Is er ook op andere vlakken nog meer te bereiken voor de Nederlandse melkveehouder?
“In het algemeen: zo lang we blijven investeren en innoveren is het eind nog niet bereikt. Als je kijkt naar bijvoorbeeld de koeien, is het genetische potentieel voor melkproductie nog 20% hoger dan de productie nu. Het is maar een van de vele zaken. Er zijn nog diverse knoppen waar je aan kunt draaien om stappen vooruit te zetten. Met data-analyseprogramma’s per bedrijf kun je snel zien waar verbetering helpt. Ik noem in euro’s een paar voorbeelden voor een gemiddeld bedrijf met 100 koeien: 10% meer melk levert € 15.000 per jaar extra op, kortere tussenkalfintervallen leveren € 10.000 per jaar op. Zo zijn er meer voorbeelden.”

ForFarmers is goed voor een voeromzet van ruim 9 miljoen ton en is actief in vier landen: Nederland, het Verenigd Koninkrijk, Duitsland en België. Het bedrijf is marktleider in Nederland en het VK.
ForFarmers is actief in drie sectoren: rundvee, varkens en pluimvee. De meeste voeromzet vindt plaats in de eerste twee sectoren. Rundvee was in Nederland in 2016 de sterkste groeier. Puur gerekend naar de rundvee-activiteiten is ForFarmers de nummer 1 in het VK. Daar is het actief in twee regio’s: het noordwesten en het zuidwesten. Dat zijn ook de belangrijkste rundvee-regio’s. In Nederland is ForFarmers de nummer 2 in rundveevoer, in België nummer 3, terwijl het in Duitsland nummer 4 is. Over marktaandelen wil het bedrijf niets zeggen. CEO Yoram Knoop noemt alleen de plek op de veevoerranglijsten in deze landen. “Wel kan ik nog zeggen dat we voer leveren aan meer dan 1 miljoen koeien.” De rest is beurs- en koersgevoelige informatie.
Inzet op actieve datauitwisseling
Naast voer- (en kunstmest)leverantie, zet ForFarmers in op advies en kennisversterking. Dat gaat steeds meer via data-uitwisseling. In Nederland is dat proces al behoorlijk op gang gekomen, al zijn verdere slagen te maken. In andere markten, valt nog een wereld te winnen. Ter vergelijking: in Nederland wisselt al 70 tot 80% van de boeren actief data uit om resultaten te kunnen monitoren, in het VK is dat 10 tot 15%. ForFarmers zet daarom versterkt in op vergroten van dat percentage. Niet alleen bij de eigen voerklanten, ook bij concurrenten en hun klanten. Dat is volgens Knoop in ieders belang. “Zonder data om resultaatontwikkeling te kunnen monitoren, is het verschrikkelijk lastig om snel progressie te maken.”
Ruminant academy
ForFarmers werkt ook hard aan een sterkere eigen kennisbasis. Onder meer via de nieuw opgezette ‘ruminant academy’, waar de nieuwste en beste inzichten voor de melkveehouderij worden gedeeld en onderwezen. Knoop: “Wij willen graag het leidinggevende bedrijf in de voersector zijn, het Google of Uber van de sector. Zo zijn we ook interessant voor getalenteerde jonge mensen. Gelukkig hebben wij het tij iets meer mee dan een jaar of tien geleden. Toen wilde iedereen in de financiële sector werken. Dat is nu wel anders. Een voordeel van ons bedrijf is dat jonge mensen ook een tijd in het buitenland kunnen werken.”
“Door de bovengenoemde ontwikkeling is ons imago in Nederland sterk verbeterd, maar in het VK nog niet. Daar valt het niet mee om jonge mensen te vinden die in de agrosector aan de slag willen”.
Inhoudelijk duurzamer en veiliger
Voor het imago van de onderneming is het ook van belang om te blijven werken aan de waarden van het bedrijf, stelt Knoop. ForFarmers heeft drie kernwaarden: ambitie, duurzaamheid en partnerschap. “Het eerste is bekend van ons, het tweede is nu echt inhoudelijker dan vroeger, met ook een externe duurzaamheidscommissie. Daar zitten mensen in van Natuur en Milieu, Tesco en RFC. We onderscheiden drie duurzaamheidsthema’s: a: een hogere efficiënte van grondstoffen, met minder milieulast, en een echt lagere ‘CO2-footprint’, b: diergezondheid en -welzijn. Daarbij hebben een hoger ambitieniveau, terwijl het tegelijkertijd ook ons meest kwetsbare punt is. Dat pakken we samen met de hele zuivelketen op. Dat is een investering die we met ons allen doen. c: mens en maatschappij. Hierbij staat het vermijden van het aantal ongelukken voorop. De aandacht daarvoor is in onze sector nog niet zo prominent aanwezig als zou moeten. Het betreft niet alleen de veiligheid op onze bedrijven, maar ook op het boerenerf. Een derde van al onze ongelukken vindt plaats op het boerenerf, door een silo die niet goed vast zit, of door rondslingerend materiaal. Als dat vaak het geval is, bespreken we dat met de boer. In het uiterste geval leveren we niet meer. Dat is ook echt voorgekomen. Wij willen dat onze mensen veilig kunnen werken.”
Terugkomend op het punt ambitie geeft Knoop aan dat ForFarmers zeker verder wil groeien, en actief wil worden in nog meer voor het bedrijf aantrekkelijke en belangrijke markten. Langzaam ergens ingroeien is dan niet de weg. “Ons doel is om op termijn in meer landen de nummer 1- of 2-positie te krijgen. Dat zal zeker via acquisitie zijn.”

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin