Niet techniek maar diercomfort staat over de grens centraal
In 2015 breidde Meuwissen de tien jaar oude ligboxenstal uit van 200 naar 500 ligboxen. Inmiddels bevolken 290 koeien de 110 meter lange stal, uiteindelijk wil het bedrijf groeien naar 350 koeien aan de melk. De stal is niet voorzien van technische hoogstandjes. Diercomfort vormt de basis vormt voor een gemiddelde melkproductie van 11.000 kg.
Samen met zijn zonen Bennedik (22) (rechts) en Martin (21) heeft Gerrit Meuwissen (51) pal over de grens bij Sittard in Selfkant-Stein (Duitsland) een melkvee- en akkerbouwbedrijf met 290 koeien en 180 ha lössgrond, waarvan ruim 40 ha op Nederlands grondgebied.
Het linker gedeelte is de twaalf jaar oude stal. Het rechter deel is ruim een jaar geleden in gebruikgenomen. Het gehele dak is aan de zuidzijde voorzien van zonnepanelen. Bij de huidige melkprijzen vormen zowel de energie- als de akkerbouwtak een welkome inkomstenbron
De stal is vanwege ligcomfort voorzien van diepstrooiselboxen die worden gevuld met gehakseld stro van de eigen akkers. “De koeien liggen er goed en lang in. Dit betaalt zich terug in een hogere productie”, stelt Gerrit. De koeien geven gemiddeld 11.000 kg met 4,2 vet en 3,5 eiwit.
In het oudere deel zijn boxen van De Boer en in het nieuwe deel van Zimmermann. Volgens Meuwissen zijn deze degelijker en bieden ze de koeien nog meer ligcomfort.
Het voerrantsoen voor de hoogproductieve koeien bestaat voor 60% uit mais en 40% uit gras, aangevuld met gehakseld stro, koolzaad- en sojaschroot, mineralen en krachtvoer. Afgestemd op de productiegroepen worden de TMR-rantsoenen met de voermengwagen gedoseerd.
De melkstal naast de ligboxenstal is voorzien van een uit 2004 stammende 24 stands GEA melkcarrousel. Na 12 jaar gebruik ziet deze er nog steeds als nieuw uit. Melkrobots zijn voor Meuwissen geen optie, hij wil zijn koeien tweemaal daags zien.
Achter de stal staat een biogasinstallatie met een stroomopwekkingscapaciteit van 75 kW. Om deze optimaal te voeden, wordt zesmaal daags vijf kuub mest vanuit de stal naar de silo gepompt.
Meuwissen maakt, mede door de ligging van het bedrijf, veel gebruik van Nederlandse kennis en bedrijven. Zo begeleidt Frank Jeurissen van Agrifirm Feed het bedrijf op voertechnisch vlak en de dierenartsen van de Sittardse praktijk ‘Op den Diek’ op het vlak van diergezondheid.
De melk wordt opgeslagen in twee melktanks. Eén met een capaciteit van 10.000 en de ander, een twee jaar oude, van 15.000 liter.
De koeien lopen op rubberen matten. De mest gaat zesmaal daags naar de biogasinstallatie.
De melk gaat naar Hochwald. In de gemeente Selfkant collecteren drie zuivelaars: Hochwald, Arla en FrieslandCampina. “Uit efficiencyoogpunt zou het beter zijn als hier een zuivelaar actief zou zijn”, verzucht Meuwissen.
Doordat ruim 40 hectare van de landerijen op Nederlands grondgebied ligt, en daarmee een navenant deel van de winst in Nederland fiscaal is belast, staan twee tractoren op Nederlands kenteken.
Fokkerij is een duidelijke tak van het bedrijf. Getuige het bord op de voorgevel en de oorkonden in de kantine.
Achter de melkstal is een aparte stal gebouwd voor de zorgkoeien en waar de koeien rustig kunnen afkalven.
Sinds een van zijn zonen de opleiding tot inseminator met goed resultaat heeft gevolgd, verzorgt Meuwissen de inseminaties zelf.
Beheer
WP Admin
Bewerk bericht