Kurzrasen als beweidingssysteem zorgt voor een dichte graszode met hogere draagkracht in vergelijking met stripgrazen. De organischestofvorming is mogelijk juist lager door minder beworteling en weideresten.
Het toegepaste beweidingssysteem heeft invloed op de vorming van de zode en de samenstelling van de bodem. Dat is een van de resultaten uit ‘Bouwsteen Bodem’ in het project Amazing Grazing. Het gaat om resultaten vastgesteld in 2016 en 2017.
In het project wordt aan 6 bouwstenen gewerkt. Dit zijn grasgroei, grasvoorraad, grasopname, bijvoeding, koegedrag en bodem. Het laatste onderdeel is het terrein van Nyncke Hoekstra, onderzoekster bij het Louis Bolk Instituut (LBI). Zij geeft aan dat de bodem bestaat uit een samenspel van factoren die elkaar allen beïnvloeden, zoals bodemstructuur (o.a. draagkracht), waterhuishouding, beworteling, organische stof, bodemleven en bodemchemie.
Verschillen
In het onderzoek is gekeken naar de verschillen van effect tussen stripgrazen en kurzrasen, uitgevoerd op KTC Zegveld. Op Dairy Campus is stripgrazen vergeleken met roterend standweiden.
Verschillende beweidingssystemen
De verschillende beweidingssystemen hebben vooral betrekking op de in- en uitschaarhoogte en rotatiesnelheid.
- Bij stripgrazen wordt steeds een strook gras aangeboden die precies genoeg is voor de koeien om op een dag af te grazen. De inschaarhoogte is zo’n 15 centimeter, uitschaarhoogte ongeveer 5 centimeter. Daarna krijgt het gras circa 21 dagen rust.
- Ook bij roterend standweiden krijgen de koeien elke dag een nieuw perceel gras aangeboden. De inschaarhoogte is plusminus 12 centimeter en de koeien grazen af tot 8 centimeter. Percelen krijgen grofweg 4 dagen rust.
- Bij kurzrasen is de graslengte steeds rond 3 tot 5 centimeter. Hier komen dieren iedere dag op hetzelfde stuk. Dat heeft daardoor meer weg van een gazon (‘Rasen’ in het Duits) dan van een weide.
|
De grootste verschillen in effect op de bodem zijn gevonden tussen stripgrazen en kurzrasen, omdat deze systemen het meest van elkaar verschillen, met roterend standweiden daar tussenin.
Draagkracht
Een belangrijk verschil wordt vastgesteld tussen de draagkracht van de bodem bij kurzrasen ten opzichte van stripgrazen. Hoekstra: “Door het kort afweiden bij kurzrasen vormt zich een duidelijk andere graszode. De planten stoelen veel meer uit, mede door de lichtinval in het korte gras. De bezetting van het aantal planten per oppervlakte is daardoor bij kurzrasen veel hoger. Dit heeft een positief effect op de draagkracht. Zeker in de veenweidegebieden en op kleigrond is dat positief.” Het betekent namelijk dat vroeger in het voorjaar gestart kan worden met beweiding en in het najaar langer kan worden beweid.
Kurzrasen droger
Door het kort afweiden bij kurzrasen heeft de wind meer invloed op het afdrogen van de bodem. Daar staat tegenover dat de verdamping van het korte gras juist weer minder is. Daar is als het ware een balans gevonden, waarbij de trend is dat de vochtigheid van de bodem bij kurzrasen wat lager is dan bij stripgrazen. Een iets drogere bodem draagt ook bij aan de draagkracht. Wat betreft de waterinfiltratie worden wel verschillen vastgesteld, maar die wisselen steeds, afhankelijk van de omstandigheden. Het is niet duidelijk of de waterinfiltratie in de bodem bij regenval bij het ene systeem groter is dan bij het andere.