Doorgaan naar artikel

Groei melkrobot verschilt sterk per land

Groei melkrobot verschilt sterk per land

Groei melkrobot verschilt sterk per land

In Europa is de melkrobot nog lang niet overal gemeengoed. De verschillen tussen landen zijn enorm. Waar in Noorwegen al bijna de helft van de bedrijven met een robot melkt, is dat in Italië en Ierland nog slechts enkele procenten.

Iets meer dan 25 jaar na de introductie van de eerste melkrobot is automatisch melken niet meer weg te denken uit de melkveehouderijsector. En het aandeel bedrijven met een automatisch melksysteem neemt nog altijd toe. In Nederland is het percentage bedrijven dat met een melkrobot werkt inmiddels toegenomen tot bijna 23%, ofwel iets meer dan 4.000 bedrijven. En van de nieuwe installaties, renovaties en uitbreiding bestaat al jaren de helft uit automatische melksystemen. Dat blijkt uit cijfers van stichting Kwaliteitszorg ­Onderhoud Melkinstallaties (KOM).

De toenemende interesse voor de automatische melksystemen geldt niet alleen voor Nederland maar is zichtbaar in heel West-Europa. De belangrijkste melkproductiegebieden in Europa, naast Nederland, zijn: Denemarken, Engeland, Ierland, Duitsland, België, de Italiaanse Po-vlakte en in Frankrijk de regio’s ­Bretagne en Normandië. Ook hier nemen de aantallen bedrijven die overschakelen op automatisch melken toe, al variëren de percentages ten opzichte van die in Nederland.

Scandinavië

Zweden en Noorwegen kennen een hoger percentage bedrijven dat draait op automatische melksystemen. In Zweden melkt een kwart tot 30% van de bedrijven met een melkrobot, terwijl dat in Noorwegen al op 45% ligt. De percentages van de nieuwe installaties of renovaties zijn ook veel hoger dan de 50% in Nederland, want in deze landen worden nauwelijks nog conventionele melkinstallaties verkocht. In Noorwegen is de toename heel snel gegaan door subsidieprogramma’s van de overheid, die graag wil dat de veehouders het relatief wat gemakkelijker krijgen om zo de melkveehouderij in het land te behouden.

De cijfers voor Denemarken zijn niet helder. Tot enkele jaren geleden molk zo’n 20% van de bedrijven met een robot. Maar de kaalslag in Denemarken, als gevolg van de enorm gedaalde grondprijzen, heeft dat beeld veranderd.

“Er zijn veel bedrijven gestopt en de tweedehandsmarkt van robots werd overspoeld met machines uit Denemarken”, zo meldt Ruud Schlenter, Business Unit Manager bij SAC Nederland.  Volgens cijfers van de Landbruginfo werkt nu nog 22% van de 3.500 Deense melkveebedrijven met een automatisch melksysteem. Dat is minder dan dat het geweest is, en komt overeen met de schatting van Coert van Lenteren, manager Dairy XL. Hij schat in dat in Denemarken een kwart van alle koeien automatisch wordt gemolken.

Duitsland

In Duitsland melkt ongeveer 7% met een automatisch melksysteem. De variatie in het land is enorm. In het Noordwesten en Westen komen veel bedrijven voor zoals in Nederland. Daar ligt het percentage boeren dat met een robot melkt op 15 à 20%, net als in het Zuiden, waar de bedrijven wat kleinschaliger zijn.

In het Noordoosten en Oosten zijn de ­bedrijven veel groter in omvang. Hier begint automatisering net door te dringen, met 5% marktaandeel. Op de 500-plus koeienbedrijven wordt ook wel gekeken naar batch-milking. Dat is het wegmelken van groepen koeien op vaste tijden met meerdere robots of een geautomatiseerd melksysteem zoals de DairyProQ van GEA of de AMR van DeLaval.

Regionaal

De Italiaanse melkproductie is geconcentreerd op de Po-vlakte. Daar zit ongeveer 80% van alle Italiaanse melkveebedrijven. Het percentage bedrijven dat werkt met een automatisch melksysteem is nog heel laag, slechts 3%. De verwachting is dat de toename de aankomende jaren ook maar slechts 1% per jaar zal zijn. Dat heeft niet alleen te maken met de structuur van de melkveehouderij, waar toch nog veel zogenoemde herenboeren zijn, die zelf vooral manager zijn en het melken overlaten aan Indiërs. Ook de typische kaasproducten uit die regio spelen een rol in de automatisering. Voor een flink aantal kaas-labels staat in de voorwaarden dat de kaas geproduceerd wordt van melk van koeien die twee maal daags worden gemolken. Het komt er dus op neer dat de melkfabrieken hun leverende veehouders automatisch melken (= 24/7 melken) als gevolg van deze regel eenvoudigweg verbieden. Daar lijkt nu schoorvoetend overigens wel verandering in te komen, zo ervaren de deskundigen.

In Zwitserland en Oostenrijk heeft dezelfde problematiek gespeeld. “Daar waren de kaas producerende melkfabrieken vooral bang voor smaakafwijking”, stelt Johan Knol, internationaal salesspecialist AMS bij GEA technologies. Nu melkt 20% van de veehouders in beide landen automatisch.

In Frankrijk zijn het Normandië en Bretagne waar het accent van de melkveehouderij ligt. In Frankrijk melkt ongeveer 10% van de bedrijven met een melkrobot. De percentages nieuwe stallen met melkrobot en conventioneel liggen hier ongeveer gelijk.

In het typische weidesysteem van Ierland ligt het aandeel melkrobot nog slecht op
3% al is deze markt nu wel snel groeiende. In Engeland ligt het percentage met 7% wel iets hoger, maar blijft het nog achter bij de overige Europese melklanden.

Hoge arbeidskosten

Waar automatisch melken al volop ingeburgerd is, zijn vooral de landen waar arbeid duur is, of waar het lastig is voldoende gekwalificeerd personeel aan te trekken en te houden. Dat geldt voor Nederland, maar zeker ook voor de Scandinavische landen. In landen als Frankrijk, Duitsland, Engeland en Ierland is het percentage bedrijven met een melkrobot veel lager, hoewel hier toch goed geld betaald moet worden voor arbeid. Volgens André de Leeuw, market solutionmanager VMS en AMR Benelux bij DeLaval, zijn Nederlandse veehouders al jarenlang bezig met arbeidsefficiëntie. “Hier zijn ­bedrijven genoeg te vinden waar één man een bedrijf met 200 koeien op drie robots runt. Vaak wel met nog wat hulp van het gezin.” In Frankrijk en Duitsland begint dat besef nu ook door te dringen. Als gouden regel geeft De Leeuw aan dat bij arbeidskosten hoger dan € 20 à € 25 per uur je eigenlijk gewoon moet automatiseren. Daarnaast is er nog de soft ­value. Dat is de flexibiliteit die de ondernemer heeft zijn uren in te delen, tijd voor het gezin en sociale omgang. Die zijn niet in geld uit te drukken, maar hebben wel waarde. Hoe groot die waarde is, moet ieder voor zich invullen.

De in het kaartje vermelde percentages bedrijven dat automatisch melkt per land is mede tot stand gekomen op basis van inschattingen van de verschillende melkrobotleveranciers. Voor Duitsland zijn twee percentages vermeld omdat daar een duidelijke scheiding is tussen de automatiseringsgraad van het melkproces op de gezinsbedrijven in het Westen en de grote bedrijven in het Oosten van Duitsland.

Share this

Gerelateerde artikelen

Beheer
WP Admin